Wanneer je voor het eerst arriveert in Colombo, de hoofdstad van Sri Lanka, zul je je verbazen over het aantal voertuigen dat naast elkaar kan rijden op een éénbaansweg. Je zult schrikken van bussen en trucks die inhaalmanoeuvres maken die in theorie absoluut onmogelijk zijn. Je zult gek worden van het getoeter van andere weggebruikers en je afvragen waarom ze dat doen. Het feit dat je taxi chauffeur aan de ‘verkeerde’ kant van de weg rijdt is je door al deze chaos misschien nog niet eens opgevallen.
In Sri Lanka heb je, net zoals in Nederland, gewoon verkeersregels. Wet- en regelgeving die beschrijft wat je wel en niet mag doen in het verkeer. Echter, in Sri Lanka wordt de wet- en regelgeving niet altijd gepraktiseerd. Nee, in plaats daarvan hebben ze namelijk zogenoemde ‘ongeschreven regels’. Sociale normen in de maatschappij en beperkingen in de infrastructuur hebben gezorgd voor een soort ongeschreven wetboek. Enorm krachtig, want dit zijn geen opgelegde regels, maar gedeelde normen en waarden die het verkeer maken zoals het is.
Artikel 1: ''Wanneer een ontmoeting plaats vindt tussen twee voertuigen met een significant verschil in gewicht, dan geldt het recht van de sterksten.''
In andere woorden: wanneer ik rustig mijn Tukje met 40 km/h voortbeweeg langs een prachtig ravijn en voor mij zie ik een bus uit de haarspeldbocht tevoorschijn komen die vier auto’s tegelijk inhaalt, dan wordt van mij verwacht dat ik ruimte maak voor deze bus. Je zou dus kunnen zeggen dat het ongeschreven wetboek ook nog redelijk intuïtief werkt…
Veel toeristen die ik sprak brengen het Sri Lankaanse verkeer in verband met termen zoals gestoord, absurd, idioot en suïcidaal. En vanuit een westers perspectief klopt dit. Want in de westerse wereld is zou een taxichauffeur uit Sri Lanka inderdaad gestoord zijn. In Nederland is het namelijk ieder voor zich in het verkeer. Wij leren bijvoorbeeld het concept binnenspiegel, buitenspiegel, schouder, richting aangeven, binnenspiegel, buitenspiegel, schouder en sturen. We leren om alert te zijn in het verkeer en om je bewust te zijn van alles dat zich in het verkeer om je heen begeeft. Hoofdzaken van bijzaken onderscheiden en continu scannen. In Sri Lanka werkt dit anders.
Artikel 2: ''In Sri Lanka zorg je niet dat je iedereen ziet, in Sri Lanka zorg je dat iedereen je ziet.''
Hoe? Een toetertje hier, een toetertje daar, handgebaren uit het raam, bijrijders met een soort functie als mobiele verkeersregelaar. Je moet je eigen plek innemen in het verkeer. Ruimte die je geeft wordt gepakt en ruimte die je pakt wordt gegeven. Zonder dat iemand hierdoor raar opkijkt, zich beledigd voelt of boos wordt. Nee, integendeel. Het verkeerssysteem van de mensen die wij westerlingen bestempelen als gestoord, is namelijk het meest sociale systeem dat je je kunt bedenken. Het verkeer in Sri Lanka kun je zien als een soort grootschalige capoeira waarin problemen op de weg gezamenlijk worden opgelost zonder dat men zich teveel druk maakt over concepten zoals voorrang of tijd. Het is een soort holocracy op de weg. Met grote ogen keken wij soms toe hoe een voor ons onwerkbare verkeerssituatie omgebogen werd in een werkbare variant waarin altijd een oplossing, een weg, een manier is. Voordat je ‘hoe gaat hij daar langs komen’ hebt kunnen uitspreken is hij er al langs.
Wanneer iemand zich in ons land niet aan de regels houdt, dan raken we vaak in de war of geïrriteerd. Misschien zelfs opstandig. Wanneer een ritser volgens jouw opvatting drie auto’s te ver doorrijdt dan komt ‘ie er misschien niet eens meer tussen. Ieder voor zich! Probeer bovenstaande eens te vergelijken met een grote organisatie in Nederland. Zo’n organisatie met protocollen, vaste werktijden en strikte procedures. Zo’n organisatie met meer managementlagen dan toiletten en meer overhemden dan glimlachen. Hoge mate van efficiëntie, maar ook zeker knelpunten. Knelpunten die vragen om meer regels, protocollen, en procedures, die op hun beurt weer zorgen voor andere knelpunten. Dit is wat organisaties doen: organiseren. Dat betekent dat we variatie zoveel mogelijk beperken en daarmee creativiteit beperken. Sociale normen en waarden worden ondergesneeuwd door deadlines en doelstellingen. We wijzen naar elkaar want het is ieder voor zich. Dit is mijn stukje, dat is jouw stukje. Als jij jouw stuk goed doet, dan kan ik mijn stuk goed doen.
Ik begrijp dat ik hier en daar wellicht wat chargeer. En geloof me, het laatste wat ik zal pleiten aan de hand van dit artikel is dat we een dergelijk Aziatisch verkeerssysteem moeten adopteren in Nederland. Maar wat ik enorm interessant vindt is de manier van samenwerken in een systeem dat wij als gestoord beschouwen. De wederkerigheid en het vertrouwen in elkaar. De eindeloze creativiteit en het lef. De mate waarin men verantwoordelijkheid neemt en duidelijk zijn plek kiest. De loyaliteit aan ongeschreven regels. Het gaat dus niet om welk systeem goed of fout is, maar om wat we kunnen leren van iets dat op het eerste gezicht absurd of idioot lijkt te zijn. De kracht van een slecht idee.